Final destination: Azië!
Na onze supergave outback trip komen we Wat eerder dan gepland aan in Azië, Australië was echt top, maar nam ook een flinke hap uit ons reisbudget dus besloten we om iets eerder dit mooie land te verlaten...Nu kunnen we in ieder geval nog 3 maanden lekker genieten in goedkoop Azië! We komen aan in Singapore maar gaan meteen door de grens over naar Maleisië, naar het goedkopere Johor Bahru. Béétje slechte timing om dat op vrijdagmiddag half 6 te doen
een ritje van normaal gesproken 50 min, doen we nu 5 uur over! Johru is niet bijzonder qua stad maar voor ons perfect. Even bijkomen, omschakelen, genieten van al het lekkere eten, de zwoele nachten, de geuren op straat en de vriendelijke mensen. Het is hier niet toeristisch dus we worden heerlijk met rust gelaten...
We verlichten onze backpacks met 10 kilo en trekken verder richting Malakka. In 1641 werden de heersende Portugezen door de Nederlanders verslagen en namen zij de heerschappij over. Hierdoor hadden
de Nederlanders lange tijd de strategische Straat Malakka in handen met toen een van de grootste havens in de regio . Er zijn nog steeds overblijfselen te zien van de Nederlanders in Malakka,
waaronder the Dutch square en het Stadhuys. Na het einde van de VOC in 1799, verloren de Nederlanders echter hun belangstelling voor de kolonie en in 1824 ruilden ze Malakka met de Britten voor
Benkoelen op Sumatra.
Het is een leuk gezellig plaatsje met grachtjes, smalle straatjes en mooie huisjes. Een paar jaar geleden zijn we ook in (ander deel) Maleisië geweest en toen vonden we de Maleisiërs niet echt
gastvrij en vriendelijk overkomen en daar hielden we dus een beetje een negatief beeld aan over, maar dat is inmiddels weer helemaal teniet gedaan, want ook hier weer hele vriendelijke, aardige
mensen. Maar Malakka is wel een stuk toeristischer, waaronder(helaas) ook veel nederlanders....Echt plaatsvervangende schaamte toen ik een vrouw met een bekakt Goois accent hoorde klagen tegen de
juffrouw van de VVV dat ze het belachelijk vond dat ze de fietsen moest huren ipv gratis meekrijgen. Ze moest echt overal voor betalen voor de bus, voor de taxi....Mijn god...thuis niet dan??? Had
in haar beperkte leventje waarschijnlijk gehoord dat Azië goedkoop was en daarmee bedacht dat alles gratis was of zo...kon me maar met moeite inhouden
Voor ons vertrek naar Bali brengen we nog een paar nachten door in het kleinste land van Azië, Singapore. Een leuke, schone stad met veel gezellige wijken en een supergoed metrosysteem. Daardoor zie je helaas wel minder van de stad, maar de koelte is wel lekker want wat een zweetweer! We eten in de wijk Little Inda, het westerse Clarke Quay en brengen een dagje in 'plastic fantastic' Sentosa door, wat net een mini Eurodisney is. Gemaakt op een eiland ten zuiden van de stad met aangelegde stranden en pretparken, meer iets voor kinderen. Normaal nooit zo'n fan van de dierentuin maar Singapore's Nightzoo wilden we wel erg graag bezoeken (en vele met ons..) en dat was ook zeker de moeite waard. Mooi aangelegd in junglestijl kom je dicht bij de dieren die vooral 's avonds tot leven komen, je hoort ze overal om je heen. Af en toe wegduikend lopen we door de vleermuizen tuin en de vliegende eekhoorns, die waren met name erg grappig om te zien! Vlogen van de ene naar de andere boom met de poten wijd, net vleermuizen maar dan groter.
We vliegen door naar Bali en na een relaxweekje in Sanur stappen we op de boot naar de paradijselijke Gili eilanden. Ik was al eens op Gili Trawangan geweest en het blijft een superrelaxed eilandje, weinig veranderd, hooguit wat meer restaurantjes en accomodaties. De grootste van de 3 eilanden, maar nog steeds erg klein met maar een doorsnee van paar km. Geen harde wegen, alles doe je lopend, met de fiets of paard en wagen...Kan een heel verhaal op gaan hangen over wat we hier deze dikke 2 weken hebben gedaan, maar komt eigenlijk maar op een ding neer: NIETS! Lekker relaxen, in de banken hangen op het strand, eten, eten, eten, van de mooie zonsondergang genieten, cocktails bij het kampvuur, filmpje kijken op je matje op strand, zwemmen, snorkelen, kortom heerlijk leven!! Zouden voor een paar dagen gaan en dan terug naar Bali om met papa daar rond te touren maar helaas liep dat anders en zijn we hier gebleven...Terug in Sanur nog ff mijn verjaardagscadeautje opmaken aan massages, pedicure en mijn tenen voorzien van vrolijk bloemenlakje en weer opgeladen verder op pad! Zo relaxen is leuk maar met al die europese toeristen om je heen krijg je toch meer het idee dat je op vakantie bent ipv op wereldreis...
We vervolgen onze reis per vliegtuig naar het gezellige stadje Chang Mai in het noorden van Thailand, om na een paar dagen vandaaruit met de bus/boot de grens over te steken Laos in. Laos wordt
gezien als het jongere broertje van Thailand en qua cultuur en natuur lijken ze wel op elkaar, maar qua ontwikkeling ligt Laos echt jaren achter op Thailand. Het is tijdens de Vietnam oorlog het
meest gebombardeerd en het communistische regime heeft bewust de grenzen lang dichtgehouden, pas sinds de jaren 90 zijn deze open.
We cruisen in een mooie houten boot over de grote Mekong rivier door hoge bergen en langs kleine armoedige rivierdorpjes, onder leiding van onze grappige gids Kei. We komen na 2 dagen varen aan in
Luang Prubang, een frans aandoend stadje met vele mooie tempels, niet voor niets op de Unesco lijst, want het ligt hier werkelijk erg mooi. Lopend en per fiets gaan we door de stad, onderweg
genietend van een baquette of chocoladecroissant, jammie!! In het midden van het centrum ligt op de top van een berg een mooie tempel, met een schitterend uitzicht over de Mekong en omgeving. Het
weer is prima, erg warm overdag (niet heel prima) en iedere avond onweert het en komt het met bakken uit de hemel, het blijft tenslotte toch het regenseizoen...
Met een minibusje vervolgen we onze weg middels een schitterende route naar backpackersoord Vang Vieng, een afstand van hooguit 200km maar door de slechte wegen en alle bergpassen doe je er normaal
gesproken 5 uur over, wij helaas niet....Onderweg stuiten we op een gigantische file, door al het regen van de afgelopen dagen is een berg letterlijk verschoven en heeft de doorgangsweg en het
daarbij gelegen dorpje met modder en zand bedolven. Na 3 uur hebben we echt mazzel en mogen we voorbij de file rijden en langzaam de modderpoel door om onze weg te vervolgen, waren we met de bus
gegaan dan hadden we nóg langer moeten blijven staan. En het had nóg erger gekund, we hoorden later van een nederlands gezin die 4 dagen eerder die route hadden afgelegd dat zij met al hun tassen
de berg over hadden moeten klimmen om aan de andere kant een bus te pakken.... Maar goed, Vang Vieng dus, een klein plaatsje in de middle of nowhere omgeven door karstgebergte en grotten, maar ooit
ontdekt door backpackers en het heeft nu een enorme partyfibe door het tubing (=op een band met de stroom mee de rivier afdrijven en je onderweg bij alle barretjes aan de oever laten vollopen
Ook hier zie je nog steeds invloeden van de Franse heerschappij met een heuse Arc de Triomh. Ook deze kleine stad ligt aan de Mekong en 's avonds trekt de lokale bevolking massaal naar de boulevard voor een potje voetbal, een fitness workout op een van de vele apparaten of een grote groeps aerobics class, erg grappig om te zien. We doen lekker luxe en vliegen vanaf Vientiane door richting het zuiden van het land, naar het stadje Pakse.
Het stadje zelf is niet zo bijzonder, de omgeving des te meer. We maken scootertochten naar het mooie Bolaven plateau, de koffieplantages, tempels, watervallen en genieten vooral van de enorme schoonheid van de omgeving én de mensen onderweg. Schrijnend om al die armoede te zien en dat de mensen toch nog zo warm en lief zijn, levert aardig wat denk- en besef momentjes op...We vermaken ons nog een avondje op de bowlingbaan die we helemaal voor onszelf hebben, dik uur zweten voor 4 euro wie wil dat nou niet?!
Net voor de grens met Cambodja maken we nog een stop op een van de 4000 islands, Don Det. Je kan het vergelijken met een van de Gili eilanden maar dan minder tropisch en omgeven door de Mekong ipv de oceaan. Voor ons niet heel bijzonder en na 2 nachtjes gaan we de grens over Cambodja in.
Een land met een behoorlijk trieste geschiedenis. Tijdens de vietnamoorlog begin jaren 70 zwaar gebombardeerd door de Amerikanen, na deze ellende zette de Rode Khmer onder leiding van Pol Pot de
verschrikking verder en vermoordden tussen 1,5 en 2,5 mln mensen. Dit was ongeveer 25% van de Cambodjaanse bevolking....Eind jaren 70 vielen de Vietnamezen Cambodja binnen. Hierna heerste er tot
ver in de jaren '90 een burgeroorlog en bleef het in ieder geval tot 2003 onstabiel. Het is een zeer arm land en de economie draait zeer slecht door de vele oorlogen. Er is bijna geen industrie en
voorheen produceerden de boeren genoeg voedsel voor de behoeften van het land, maar door de vele vernielingen is dat nog maar 75%.
In 1999, het eerste volledige jaar zonder gevechten in 30 jaar, begon de economie mede dankzij hervormingen weer te groeien waarvan het toerisme de snelst groeiende sector is. Ondanks dat blijven
de problemen, het grootste deel van de begroting wordt nog steeds betaald met buitenlandse hulp en de politieke instabiliteit en corruptie houden veel buitenlandse investeerders tegen. Ook het
gebrek aan scholing en de bijna totale afwezigheid van enige infrastructuur op het platteland zorgen voor grote problemen in de nabije toekomst.
Ondanks dat alles in dollars betaald moet worden is het echt het goedkoopste land waarin wij zijn geweest, maar ook degene met de grootste armoede. Het is echt zó verdrietig en indrukwekkend ook om
die armoede van dichtbij te zien, het gebrek aan scholing, kinderen op blote voeten op straat tot 's avonds laat bedelend, de sexindustrie en de vele gehandicapten door niet opgeruimde bommen,
waarbij je je moet voorstellen dat er dus totaal geen zorg van de staat is...En het probleem is dat je er zo weinig aan kan doen, in ieder geval daar, het is een druppel op de gloeiende plaat...De
mensen zijn hier op het irritante af heel erg opdringerig maar het geeft nu wel een dubbel gevoel, want je kan het ze ook niet kwalijk nemen gezien de omstandigheden waarin ze leven. En ook hier
weer, ondanks alle ellende, zijn de mensen zó warm en grappig, wat kunnen wij hier een voorbeeld aan nemen!! Als je wat langer met ze praat/ouwehoert, ook al koop je niets, kom je tot zulke
grappige gesprekken, echt knap. Wat je ook hier weer veel ziet, net als in Thailand, ouwe blanken met een jong ding, kan er maar niet aan wennen, bah....
In Phom Penh ervaren we de verschrikkingen van het Pol Pot bewind middels een bezoek aan de beruchte gevangenis S-21 (voorheen een hogeschool) waar je foto's ziet van alle overleden gevangenen, de
hokken waarin ze opgesloten werden met foto's van lijken hoe het aangetroffen werd op het moment van bevrijding en de diverse marteltuigen. Tijdens de bevrijding waren er maar 4 overlevenden die nu
hun verhaal aan de rest van de wereld vertellen. Tijdens de overname door de Rhode Kmer werd de stad met harde hand geheel ontruimd. De bewoners werden naar boerderijen op het platteland gestuurd
om nieuwe mensen te worden. Families werden uit elkaar gehaald, doet een beetje denken aan het apartheid in Zuid-Afrika. Tevens bezoeken we Choeung Ek, 15 kilometer buiten de stad, waar de killing
fields zijn. Tig kuilen in de grond herinneren aan de massagraven en er staat zelfs een boom waartegen kinderen werden doodgeslagen, echt niemand werd geschuwd, te triest voor woorden. Nu we dit
gezien hebben, krijgen we nog meer respect voor de bevolking.
Met de bus reizen we verder door naar Siem Reap, onderweg zie je veel van het platteland en dus ook de armoede. Maar daardoorheen ook de schoonheid van het land, heel plat, veel water en huizen op
palen. Siem Reap is een ontzettend leuk stadje, veel sfeer met restaurantjes, muziek, kraampjes enz en veel toeristen door de grote publiekstrekker het Angkor-complex. Dit complex bestaat uit veel
ruïnes van oude tempels uit de periode van het Khmerrijk met Angkor Wat als de belangrijkste, welke wordt beschouwd als het grootste religieuze bouwwerk ter wereld. Het silhouet van deze tempel is
het symbool van Cambodja; het staat prominent op de Cambodjaanse vlag. Overigens is dat de enige nationale vlag ter wereld met de afbeelding van een gebouw. Met onze grappige gids Mr T. trekken we
langs alle tempels (en dat zijn er heel wat) maar er zijn er een paar die het meest aantrekken: Angkor Wat, Bayon tempel met al zijn gezichten en Ta Prohm, een tempel overwoekerd door de
jungle.
Genieten ook hier weer lekker van massages en nieuwe lakjes, mmm raak hier teveel aan gewend
Na een dikke week verlaten we dit indrukwekkende land en gaan we nog een paar weekjes relaxen in de Thaise zon op Krabi en Ko Samui en final shopping in Bangkok en dan gaat de tijd hard...
Zoals Frank Boeijen ooit zong:
In de verte ligt nijmegen bij zonsondergang, de brug, de kerktoren,
ik ga naar huis, het is lang geleden, zo lang geleden....
Nijmegen, here we come!!
ps. ivm een trage verbinding laten de foto's nog even op zich wachten...
Really Down Under - Outback !
Really Down Under !
Van de regen in Cairns vliegen we naar het tropische Darwin in het afgelegen Northern Territory. De route langs de oostkust is een niet te vergeten ervaring, maar de mooie woorden 'tourists don't like tourists' kloppen in ons geval wel, want eigenlijk verheugden we ons al weken op onze trip van Darwin naar Perth, een afstand van 4200 km waar we 5,5 week over kunnen doen, voordat we naar Azië vliegen.
De Kimberleys en de Gibb River Road
Op zich is deze route niet zeer uitzonderlijk aangezien vele reizigers deze afstand overbruggen, maar wij wilden het anders doen en niet via de highway, maar dwars door het afgelegen gebied van de Kimberleys rijden in West-Australië (WA). We gaan over de legendarische Gibb River Road, een onverharde weg van ca 700 km tussen Kununnura en Derby, een route waarbij je onderweg diepe canyons, gekleurde rotsen, watervallen en rivieren passeert. De Gibb River Road is jaarlijks van november tot april afgesloten in verband met de Wet season waardoor de weg volledig wordt weggespoeld. Oorspronkelijk is de Gibb River Road gemaakt als vee route, de weg heeft veel spoorvorming, rotsblokken en er lopen veel dieren (Koeien, kangoeroes, emoes ed.) Deze route is niet geschikt voor een normale 2WD camper en wordt ook verboden door de camperverhuurbedrijven dus hebben we een 4WD nodig en het liefst 1 waar je ook in kan slapen. Dit bleek nog een hele zoektocht, want ondanks dat het gebied zeer afgelegen ligt, is het de laatste jaren steeds populairder geworden en Dry season is dan ook hoogseizoen! Via via belanden we bij Robbie, een tussenpersoon in Darwin die een geweldige auto voor ons heeft gevonden, een Toyota Landcruiser waarin je kunt slapen en 1 van de beste 4WD's is om dit gebied mee te berijden. Het kost ons wel een godsvermogen, maar zeker de moeite waard!! Erg spannend allemaal, want we kenden eigenlijk niemand in onze naaste omgeving die deze route heeft gereden en stonden, buiten de informatie via internet, volledig blanco in dit geweldige avontuur!
Darwin
In Darwin merk je toch wel meteen een cultuurverschil met het zuiden, lastig uit te leggen. Er zijn veel Aboriginal gebieden hier, het heeft maar 2 seizoenen, veel wildlife en alles is ook een stuk duurder. Volgens insiders omdat het gebied zo afgelegen is en de transportkosten dus hoger, maar dat is onzin want veel handel komt juist hier in de haven binnen! We blijven hier 3 nachten en genieten van het heerlijke weer met de strakblauwe lucht en warme temperaturen, die de komende maanden onveranderd blijven. We gaan gezellig met Robbie (onze tussenpersoon) en zijn maleisische vrouw Margareth naar een lokale markt, wat een heerlijk volk die Australiërs! Veel locals komen daar op zaterdagochtend samen om te ontbijten van pancakes tot aziatische lekkernijen. We willen uiteraard graag meer informatie hebben over onze route, want zonder goede informatie kan het best gevaarlijk en vol risico's zijn! Het blijkt dat we veel geluk hebben, want gedurende het regenseizoen is er zoveel regen gevallen dat de Gibb River Road pas 1 week open is (normaal begin april, dus iedereen die deze reis voor april/mei had geboekt, had dikke pech). Nadeel hiervan is wel dat alle rivieren waar we doorheen moeten nog erg hoog staan! We hopen maar dat ze genoeg zakken. Robbie voorziet ons van heel veel info, goede wegenmappen, free campsites, echt super ! We gaan ook nog naar de Night Market, een leuke markt met veel souvenirs, krokodillen/slangen shows en talloze eettentjes waar je de gekste dingen kan eten, zoals krokodil/buffalo hamburgers en er is zelfs een poffertjes kraam. De nightmarket ligt aan het strand in het noorden en vanaf hier kan je een onvoorstelbare mooie zonsondergang zien. Helaas deden we dit met ongeveer 1000 anderen, maar dat maakte het tafereel niet minder mooi, een fantastisch uitzicht !
Het avontuur
Na 3 dagen is het zover, we kunnen de auto ophalen! Een schitterend bakbeest met een 3.2 liter motor, hoge ligging en 2 tanks voor 180 liter benzine en een snorkel (die we moeten gebruiken om door de rivieren te kunnen rijden) staat op ons te wachten! Hier gaan we de komende weken in slapen en moet ons probleemloos door iedere rivier loodsen...Helaas zuipt de auto als een tierelier, dus kunnen we niet harder dan 90 a 100 km per uur rijden, maar we hebben geen haast....De afstanden zijn hier enorm en planning wat betreft benzine en voedsel is essentieel, soms kom je een week geen stad en dus geen supermarkt tegen. We slaan dus flink veel eten in, gooien de tanks vol en tezamen met 20 liter water gaan we op pad. Onderweg passeren we geregeld de enorme Road Trains die met 110 km per uur door de outback razen. Een jongensdroom voor iedere vrachtwagenchauffeur want deze vrachtwagens hebben soms wel 4 of 5 aanhangers met een lengte van wel 50 meter. Heel indrukkend om te zien! Oke, soms ook beetje irritant, want de stofwolken kunnen kilometers blijven hangen en 1 trakteerde ons op een flinke ster in de voorruit, maar toch ook weer ideaal om achter te hangen, want dat scheelt weer benzine ;-)
Onze eerste bestemming is Litchfield National Park (NP) met de hoge termieten bergen (sommige wel 4 meter hoog), mooie kloven en fantastische watervallen waar je lekker in kan zwemmen. Bij binnenkomst is er een bosbrand waarbij de vlammen en dikke rookwolken over de weg slaan, maar we gelukkig doorheen kunnen rijden. Achteraf blijken dit preventieve bosbranden te zijn, wat ze hier regelmatig doen om echte bosbranden te voorkomen. Overnachten in de Nationale Parken hier is echt mooi, het is basic met toilet en soms een douche, kost ook maar paar euro, maar is heel gaaf, want het is (bijna) overal toegestaan om een kampvuur te maken, dus iedere avond voor donker hout sprokkelen en gezellig eten bij haardvuur...Heerlijk voor de legale pyromanen onder ons!
We rijden door naar Kakadu NP, een immens groot park waarbinnen de afstanden wel 200 km kunnen zijn. 1 nacht gekampeerd in het noorden, waar je op verschillende locaties oude rotstekeningen van de Aboriginals ziet en uitkijkt over Aboriginals gebied dat hier vlakbij ligt (Arnhem Land, toffe naam ;-)), hiervoor heb je een permit nodig om doorheen te mogen rijden. Onze 2e nacht in het park brengen we door in Gunlom (zuiden), op een afgelegen camping waarbij je tegen een enorme bergwand aankijkt waarvan een flinke waterval naar beneden dendert. Een flinke klim naar boven beloont ons met een waar paradijs met kleine watervallen en rotspartijen, waar je kunt zwemmen en een geweldig uitzicht hebt zover het oog strekt!
We rijden door naar het stadje Katherine (de enige stad tussen Darwin en Alice springs (1500km) waar we onze camper weer volladen met benzine, water en voedsel, de Mac gebruiken voor het internet en een dagje naar Katherine Gorge (Nitmuluk NP) gaan, een kloof net ten noorden van de stad. Om in Kununnura, onze volgende bestemming, te komen, moeten we 550km naar het oosten rijden, van Northern Territory naar West-Australia. Deze weg (Victoria Highway) duurt eindeloos, op het saaie af, onderweg zie je zelden auto's en daarom zwaait ook iedereen hier naar elkaar. Dat moet je in Nederland niet doen, want dan blijf je zwaaien! De snelwegschutter zou zich doodvervelen ;-). Bij de grens met West-Australia wordt je camper zwaar gecontroleerd door een quarantainebeambte, want het invoeren van fruit, groente, bloemen, zaden etc. is niet toegestaan. Daar gaat onze duur betaalde salade. We kunnen meteen de klok verzetten, want het wordt 1,5 uur vroeger hier en het tijdsverschil met NL wordt een stukje minder, nu slechts nog maar 5 uur. Door uren in de brandende zon te rijden is mijn rechterarm zo ongeveer zwart geworden, want wij rijden naar het oosten en de zon staat er permanent op!
In Kununnura kunnen we nog ff snel illegaal internetten, een zeldzaamheid hier in de outback, de spullen aanvullen en maken we ons op voor een detour (omweg) naar het zuiden, naar Purnululu NP (ook wel Bungle Bungles genoemd). 260 km one-way die we ook weer terug moeten rijden, maar absoluut de moeite waard! We overnachten eerst langs de snelweg, wat hier overal kan en gaan vroeg het park in. Ons dagritme is sowieso totaal anders nu, de zon gaat nl rond 18.00 uur onder en daarna wordt het behoorlijk koud en heb je weinig aan de avond, dus staan we 's ochtends rond 6 uur op (!!) en gaan we vaak al vroeg (rond 9) naar bed om zoveel mogelijk gebruik te maken van het daglicht. In het donker rijden is hier ook geen aanrader, want voor dat je het weet heb je een kangoeroe tegen je auto! In het park doen we de eerste echte goede ervaring van 'outbackrijden' op, we moeten over 50km onverharde weg en door 21 (!) rivieren heen, dus de bandenspanning verlaagd. We krijgen het advies van een australische toerist dat we de 4WD niet hoeven te gebruiken. Na 1,5 uur rijden door alle rivieren en modder zijn we in het park aanbeland en achteraf werd duidelijk dat we absoluut wél de 4WD wel moeten gebruiken! Dus blij dat we niet vast zijn komen te zitten. Hoe dan ook, het park is echt geweldig, een plateau waarbij door erosie ravijnen en valleien zijn ontstaan en de rotsen de vorm van bijenkorven met een oranje-zwarte kleur hebben gekregen. Wellicht het mooiste park dat we gezien hebben! Onderweg ontmoeten we regelmatig australische gezinnen die met de kids een 'wereldreis' door eigen land maken en waarbij de kinderen via internet/telefoon hun huiswerk doen voor school, echt geweldig! In de Outback heb je ook de grootste schhool; 'school of the air' waarbij kinderen in de afgelegen gebieden (omtrek 800km2) via radio en/of internet met webcams de lessen kunnen volgen. Na dit schitterende park rijden we weer terug en beginnen we aan de Gibb River Road! Het oostelijke deel is ook het meest slechte deel van de road, er zijn veel stenen op de weg en spoorvorming. Een lekke band kan je snel krijgen en iedereen rijdt met minimaal 2 reservebanden...wij hebben er maar 1...We hoorden verhalen over mensen die wel 3 lekke banden hebben gehad!
We overnachten een paar nachten in El Questro NP met zijn spectaculaire kloof, die we helemaal hebben beklommen, zwemmen in de warm waterbronnen van Zebedee Springs en sluiten af met Emma Gorge, een kloof eindigend in een mooi meer tegen de hoge bergwand aan. We rijden verder de Gibb River Road weer op en overnachten precies aan de Pentecost River waar we de volgende dag doorheen moeten! Gelukkig is het water al wat gezakt (tot 600 mm) en kijken eerst maar even hoe andere auto's erdoor gaan....Hier wil je niet vast komen te zitten want er zitten zoutwaterkrokodillen! Toch ff best spannend, maar gelukkig ging de auto er vlotjes doorheen! 50 km verderop werd de camper weer op de proef gesteld bij de iets lastigere Durac River waar het water nog iets hoger stond en we moesten slalommen naar de overkant...wat we uiteraard eerst afgekeken hebben bij een andere auto! 's Avonds overnachten we in de open natuur en kijken we naar een volle maan, een fantastische sterrenhemel en houden we een schuin oog op de loslopende stieren...
De volgende dag hebben we een aantal geweldige hoogtepunten op het programma: de mooie waterval van Galvans Gorge en Tunnel Creek, een ondergrondse grot met water tot boven je middel waar je doorheen kan waden. We overnachten hier illegaal op het parkeerterrein om 's ochtends verder te rijden naar Windjana Gorge met zijn schitterende bergwanden en zoetwaterkrokodillen die overal op de loer liggen. Het aantallen krokodillen is in dit deel van Australië gigantisch en je kunt op maar weinig plekken het water in ivm aanwezige 'salties' (zoutwater krokodillen, meest gevaarlijke) of zoetwaterkrokodillen, die doen in principe niks tenzij ze zich bedreigd voelen, dus ook geen prettig gezelschap ;-) We vervolgen de Gibb River Road richting Derby en de weg wordt al een stuk beter naarmate we de bewoonde wereld in komen. Een geweldige route en achteraf gezien een makkie!
Vanuit het slaperige stadje Derby zijn we doorgereden naar Broome, de afgelegen stad met het grootste aantal alcoholisten en waarbij je er in supermarkten beperkingen zijn aangebracht voor de verkoop van alcoholische dranken (maximum) en alleen vanaf 17.00 uur te verkrijgen. In Broome is het toegestaan om met je 4WD het strand op te gaan en de geweldige zonsondergang te aanschouwen. Kan ook op een kameel, maar wij geven de voorkeur aan onze 4WD. We vullen onze voorraden weer aan, checken onze mails, laden al onze apparaten weer op en rijden we via Cape Keraudren verder naar de mijnstad Port Hedland, een ongelofelijk lang en saai stuk door de outback met voornamelijk Road Trains die op en neer rijden naar de vele mijnen in dit gebied. We belandden uiteindelijk in (al)weer een mooi park, Karijni National Park. We hebben er ondertussen al zoveel gezien en de ene is nog mooier dan de andere.
We overnachten weer in de bewoonde wereld bij Tom Price. 500 km verder rijden we Exmouth binnen, gelegen op een schiereiland aan de westkust en bekend om het Ningaloo Reef. In het Ningaloo Reef hebben we 4 fantastische dagen, want het reef is ontzettend mooi, persoonlijk vinden we het veel mooier dan het Great Barrier Reef. Op de 5 basic campings gelegen aan het Reef (met beperkte plaatsen) loop je zo de zee in met je snorkel en zwem je in een magische onderwaterwereld waar we haaien, schildpadden, pijlstaartroggen en natuurlijk veel gekleurde vissen en koraal zien! Echt geweldig!!
Ook hier in het noorden zijn de meesten van onze buurtjes grijs en 50+, met hele hordes trekken ze bepakt en bezakt vanuit het zuiden naar het boven om de koude wintermaanden te ontlopen en te genieten van de zon en warmte in het noorden. Door Australiërs ook wel gekscherend 'the Grey Nomads' genoemd! We komen ze tegen op campings maar ook veelal als vrijwilliger in de nationale parken. We kunnen geen betere manier verzinnen om zo van je pensioen te genieten!
We zakken verder naar het zuiden richting Perth en doen nog een aantal plekken aan, waaronder Shark Bay met als hoogtepunt Monkey Mia, waar iedere ochtend wilde dolfijnen naar het strand komen om te worden gevoerd onder toeziend oog van, helaas, honderden toeristen. Maar na de 'ochtendshow' gaan veel mensen weg en als de dolfijnen voor de 2e keer komen is het een stuk rustiger en mag Juud er ook eentje voeren. Verder heeft Shark Bay het mooie uitzicht vanaf Eagle Bluff op de oceaan en Shell Beach waarbij het strand volledig bestaat uit alleen maar schelpen, apart gezicht.
Onze reis in West-Australië zit er bijna op, maar gaan eerst nog naar Kalbarri National Park met weer veel mooie kloven en als hoogtepunt Nature's Window met een fantastisch uitzicht. We overnachten in het relaxte stadje Kalbarri aan de oceaan en ervaren 's nachts voor het eerst een mini orkaan waarbij er behoorlijk wat sneuvelt en alle grijze duifjes in pyjama opgewonden hun sleurhut uitkomen om elkaar te helpen, want zo zijn ze ook weer! Onderweg overnachten we op veel mooie plekjes gratis langs de weg of in de nationale parken, nadeel is wel dat we soms dagenlang geen stromend water of douche hebben met soms alleen een WC, dus het is wel heel basic en niet altijd comfortabel, maar ach wel weer avontuurlijk! We zijn in een schitterende natuur en vaak niet alleen, want los van mensen zijn er ook veel dieren... Overdag wordt je letterlijk gek van de vliegen! En naast crocs en kangoeroes kom je ook emoes, hagedissen, aparte vogels, buffels en grasshoppers (oftewel sprinkhanen) tegen. Een keer was het zelfs zó erg dat we onderweg door een sprinkhanenplaag reden en letterlijk tegen de auto hoorde patsen, niet normaal!
Ondertussen zitten we onder de Tropic of Capricorn waarbij het klimaat veranderd en het kouder gaat worden, want in Perth is het winter aan het worden. Via Geraldton rijden we in de stromende regen naar Perth, waar we de laatste nachten via 'Air BNB' (een betaalde vorm van couchsurfing) verblijven bij Susan and John die hun huis ter beschikking stellen voor ons, waar we kunnen bijkomen van dit fantastische avontuur en waarvoor we uiteindelijk bijna 7000km hebben gereden!! En ons op kunnen maken voor de next continent....Azië.
Groetjes Leon en Judith
PS. We lopen nogal achter met ons weblog en over 2,5 week vliegen we weer naar huis toe en is het jaar omgevlogen, gezegend bevredigd met alle ervaringen. Uiteraard volgt ons weblog over onze 3
maanden in Azië en ons 'eindverslag' nog.
Voor alle foto's zie: https://skydrive.live.com/?cid=bbf52abe007954b9
Down Under!
Altijd al van gedroomd en nu zijn we er dan echt, Australië! Het enorme land/continent aan de andere kant van de wereld, bekend om zijn steden Melbourne en Sydney, de enige plek waar je koala's en
kangoeroes vindt en de enorme uitgestrektheid met afgelegen steden. Heel Europa past erin! Was het in Nieuw-Zeeland al ff slikken, hier is het nog veel erger, jemig wat is Australië duur!
Voorbeeld, voor een dorm (slaapzaal) in de wat duurdere landen in Zuid-Amerika betaalde je ongeveer 9 euro pp, hier betaal je rond de 22 euro! En dan slaap je dus ook nog eens met 8 man op de
kamer... Supermarkten, uiteten enz enz idem dito. Tja we hebben (ook hier) gewoon niet de beste tijd gekozen om te gaan, het gaat goed met Australië, de dollar is erg sterk, geen last van de crisis
en voor een simpel bijbaantje verdien je al gauw 25 dollar per uur! Helaas zijn wij te oud om hier te mogen werken (workpermit gaat tot 31 jaar) anders waren we wel langer gebleven....Dus we boeken
maar een peperduur hostel in de gezellige wijk st. Kilda en ontdekken op onze eerste dag het centrum van Melbourne. Er rijdt een gratis trammetje een rondje om de stadskern en uiteraard moeten deze
sportliefhebbers ook even langs bij het Rod Laver stadium waar de Australian Open ieder jaar wordt gehouden.
De sfeer hier is echt relaxed, Melbourne ligt aan het strand, heeft hele gezellige en knusse suburbs en wordt beschouwd als de culturele en modehoofdstad van Australië. De stad is bijzonder
multicultureel, we verbaasden ons in het begin echt over hoeveel (met name) Aziaten hier wel niet lopen!
Zo goed als we ingelezen waren voor Zuid-Amerika, zo weinig weten we eigenlijk nu en daarmee dus ook niet zo goed wat we willen en gaan doen...ook wel weer eens leuk voor de verandering! Voor mij ook nog eens leuk en bijzonder onderdeeltje van deze trip is dat ik na 7 jaar weer eens mijn vriendinnetje Sacha uit Holland terugzie! Ze heeft ons al wel wat goede tips kunnen geven, waardoor onze plannen al snel wat meer vorm krijgen....maar Voor ik haar ga ontmoeten gaan we allereerst de mooie Great Ocean Road rijden!
Great Ocean Road is een 243km lange kustroute aan de zuid-oost kust van Australië, gebouwd door teruggekeerde soldaten uit de 1e WO waar geen werk voor was. Het is een schitterende weg langs talloze stranden, kliffen en aan de andere kant regenwoud met als bekendste trekpleisters de Londen Arch en de indrukwekkende Twelve Apostles! We merken algauw dat in Australië alles draait om surf, beach and waves. We maken een stop bij Bell's beach, waar op dat moment de laatste voorbereidingen worden getroffen voor de Ripcurl Pro, een soort van oefendag voor de pers en kwalificaties voor de deelnemers. We konden nog net gratis een kijkje nemen, waren we een dag later, dan hadden we moeten betalen. Zoveel als we weten van voetbal, zo weinig weten we van surf en dat bleek hier wel
We zagen een presentatrice verslag doen met camera's voor haar neus en dachten, die zal wel bekend zijn hier dus hop ff wat foto's nemen! Konden geen goede shot maken want iedere keer zat er zo'n gozer met een mutsje voor...sprak een vrouw me aan wat een mazzel ik had dat ik de camera bij me had, want nu kon ik tenminste mooi een pica van dé Kelly Slater nemen...huh, who's that? Nou, dé legende en nummer 1 in de surfwereld...en die gozer met dat mutsje op .We vervolgen de schitterende route langs de kust en Voor we de stop voor de nacht maken gaan we nog even het bos in bij Kennet River, in de hoop wat wildlife te zien. Het was ff turen, maar ja hoor daar zien we voor het eerst koala's! En we worden ook nog eens getrakteerd op 2 rondspringende kangoeroe's, nu voelen we echt dat we in Australië zijn!
Weer terug in Melbourne rijden we meteen door naar Brighton waar Sas woont. Super om haar weer te zien en dankbaar voor de gastvrijheid, we blijven een paar nachtjes slapen en touren de volgende dag door Melbourne, genieten van de stad, de highlights, de sushi tijdens lunch (jammie!!) en sluiten af met een echte Aussie bbq, want dat kunnen ze hier als de beste! Voor nu was ons weerzien kort maar heel toevallig gaan we elkaar weer zien in Byron Bay, wat zo'n immens land dan toch nog klein kan zijn...
We vliegen door naar Sydney, de andere metropool. Heel anders dan Melbourne, meer te vergelijken met New York denk ik, meer business, meer snelheid maar ook met hele mooie plekken als de (70!)
stranden, de grootste natuurlijke haven met uiteraard de Harbour bridge en the Opera House. We verblijven eerst in Kings Cross, dé backpackers area, en kijken onze ogen uit. Zaterdagavond en de
jongelui gaan op stap, meiden met mega korte rokjes op hakken waar zelfs Posh Spice u tegen zegt! Dit is tevens een redzone, maar het is moeilijk te zien wie nou de hoertjes zijn en wie
niet...
Na een dagje sightseeing on our own spreken we de volgende dag (Anzac day, soort van 5 mei) af met Daan en Mark, vrienden via vrienden van Leon. Elkaar nog nooit gezien, gelukkig was Mark te
herkennen aan zijn orange t-shirt, maar het klikte meteen! En na een gezellige dag met de nodige biertjes worden we uitgenodigd om bij hen komen logeren, super lief! We hebben hier echt een
geweldige week, waarin we een dagje met hen op pad gaan downtown Sydney, gezellig samen eten, we relaxen en bij kunnen komen in hun appartement (fijn om weer ff 'thuis' te voelen) en we vrijdag
meegenomen worden naar een echte Aussie footy match van de AFL; Sydney Swans v Carlton! Nou weet ik wel wat van voetbal, maar desondanks is het een makkelijk spelletje om te begrijpen en snel ook!
Er gebeurt mega veel tijdens zo wedstrijd, die alles bij elkaar wel 2 uur duurt. En zo mooi om te zien dat het ook nog anders kan, gewoon met de bus naar het stadion waar alle supporters gewoon
door elkaar zitten, na (de helaas verkeerde) afloop de zingende Carlton supporters gewoon probleemloos door de Swans supporters lopen...ging het in Nederland nog maar zo! En dat geldt niet alleen
voor een voetbalwedstrijd, men gaat hier ook gewoon zo vriendelijk met elkaar om, de hele dag hoor je 'Hi mate, how are you doing', men staat netjes in de rij voor de bus en wacht op zijn beurt
(dus zonder gedrang) en alle public bbq's zien er gewoon spic en span uit. Hoe vaak wij hier al niet tegen elkaar gezegd hebben; dat kan in Nederland écht niet! Dan is het ofwel besmeurd met
graffiti of gesloopt...zo jammer...
Na deze leuke ervaring zijn wij ook Swans fan en kijken het nog geregeld als het toevallig op tv is! We waren eerst van plan zaterdag verder te trekken, maar ja 30 april en zelfs hier in Sydney vieren ze dat!! Die middag zien we (met redelijk plaatsvervangende schaamte) een hele optocht van oranje uitgedoste toeristen langstrekken onder luid gezang met niveau hondje van de bakker, dus dan weet je het wel...Maar goed, al het oranje wordt van zolder getrokken, bitterballen, frikandellen en kaasblokjes gehaald en let the party begin! Met een man of 12 borrelen we eerst bij Daan en Mark thuis en daarna lopen we met zijn allen (onder veel bekijks) naar de Coolabar waar de Orangeparty wordt gehouden. Je kon merken dat de organisatoren hier al enige tijd wonen want de nummers waren wel een beetje uit de oude doos, dus geen Fransje Duyts of Nick en Simon, maar ach we waren al lang blij om na 7 maanden weer eens nederlandse muziek te horen en op mee te bléren!
Met een katertje nemen we de volgende dag afscheid van Daan, Mark en Sydney, we hebben hier echt een fantastische week gehad!
Om wat tijd te besparen doen we de oostkust (die in onze ogen niet zo interessant is, vnl beaches, zeer jeugdige backpackers en party) gedeeltelijk vliegend, zodat we straks aan de westkust wat
meer tijd hebben. Sas zei het al tegen ons voordat we in Australië waren en dan denk je ach we zijn wel wat gewend qua kilometers na Nieuw-Zeeland, maar echt, de afstanden zijn hier MEGA!! De
maximale snelheid is 110 en de snelweg is meer een soort autobaan dus schiet ook niet erg op. We vliegen dus wederom van Sydney door naar Byron Bay, zo'n 750km verder noordelijk. Byron Bay is een
gezellig, relaxed plaatsje op het meest oostelijke punt van Australië, Cape Byron. Aan de ene kant een beetje hippie aan andere kant beetje jetset aandoend. Populair onder de backpackers en
surfdudes, je kan hier heel goed surfen, snorkelen, wandelen en duiken. Het weer is (eindelijk) weer lekker en ploffen dus ook regelmatig neer op het strand watching the surfers en de mooie
ondergaande zon.
En zo leuk dat we Sas en John hier weer treffen! Samen maken we een flinke wandeling langs de stranden naar de lighthouse en na een borreltje nemen we hier dan echt afscheid van elkaar, wetende dat
het wel weer even kan duren voor we elkaar weer zien
Met de bus trekken we door naar boven voor 2 dagen Brisbane en daar stappen we (weer) in een camper om het laatste stuk richting Cairns zelf te rijden. We zijn nu in de Sunshine state, maar van zon is weinig te merken op een paar goede dagen tussendoor na
In Sydney hadden we al nagenoeg de hele week regen, maar voor een stad is dat dan nog niet zó erg, maar ga je alleen maar langs beaches rijden en op campings staan dan baal je er goed van! Dat zal ook wel mee te maken hebben gehad dat wij de oostkust niet zo boeiend vonden, met een zonnetje zal het er uiteraard heel anders hebben uitgezien! we pakken de bekende highlights als Noosa (gezellige badplaats in groene omgeving), Fraser Island (grootste zandeiland ter wereld), Airly beach (uitvalsbasis voor Great Barrier Reef en zijn mooie Whitsunday islands), Mission Beach (flink geraakt door de orkaan Yasi begin febr en nog steeds bezig met opknappen) om tenslotte na 2 weken in Cairns aan te komen. Het jammere aan Australië is dat de excursies reteduur zijn en wil je toch iets zien je ook wel een excursie moet boeken....maar goed, we zijn nu zo dichtbij, dan moeten we toch wel de Great Barrier Reef gaan zien! Hoewel het aan land alleen maar regent is het 2 uur varen verder op zee gelukkig droog, maar er staat wel een stevige wind wat het snorkelen wel iets lastiger maakt. Met onze underwater camera bag vermaken we ons prima!! Het koraal is mooi en divers maar moet zeggen dat het aantal visjes e.d. behoorlijk tegenvalt, maar gelukkig wordt dat aan de westkust weer helemaal goed gemaakt!Verlangend naar weer wat zon vliegen we door naar Darwin voor ons outback avontuur!!
Nieuw-Zeeland: Noordereiland
Nieuw-Zeeland: Te Ika-a-Maui
Oftewel Noordereiland in Maori, met deze cultuur kom je op dit eiland veel meer in aanraking dan op het Zuidereiland. Met name als we hoger naar het noorden rijden hebben steeds meer plaatsen moeilijk uit te spreken namen als Maungaturoto en Wainuiomata. Er is zelfs een plaatsje dat de langste naam ter wereld heeft: Taumatawhakatangihangakoauauotamateapokaiwhenuakitanatahu, ja ja probeer dat maar eens uit te spreken!! Zul je vandaan komen en steeds maar weer moeten invullen
75% van de totale Nieuw-Zeelandse bevolking woont op het Noordereiland, welk landschap gedomineerd wordt door vulkanen waarvan er een aantal nog actief zijn. In het midden van het eiland zijn er veel geisers en warmwaterbronnen te vinden terwijl het landschap boven Auckland bestaat uit groene eilandjes, mooie zandstranden, prachtige baaien en een lekker subtropisch klimaat heeft.
Na 4 geweldige weken Zuidereiland komen we weer terug op het Noordereiland voor nog 2,5 week Nieuw-Zeeland. Helaas geen warm welkom, de eerste paar dagen alleen maar stromende regen! Verwend als we waren op het Zuidereiland was dat wel ff slikken en balen...Vanwege het weer en vanwege het in onze ogen weinig interessante zuiden (we missen het Zuidereiland!) knallen maar meteen door naar het noorden waar het weer beter zal zijn. Een dagje Wellington (overigens erg leuke stad), via mooie bergpassen en de 'Art-deco city' Napier aan de oostkust door via het binnenland richting Taupo en Roturua.
Rotorua (bekroond met Most beautiful city award) ligt tussen bergen, aan mooie grote meren, in een gebied met veel geothermische activiteit...en was te merken ook! Het is dan wellicht de mooiste stad van het land, maar het is ook de stad waar het het meeste stinkt! Zelfs met die regen en de ramen dicht kunnen we niet ontsnappen aan die rotte eieren lucht. We zoeken een camping op die stinkvrij is en brengen onze dag helaas vnl in de camper door, de regen blijft maar met bakken uit de lucht komen...In de omgeving van Rotorua liggen enkele grote geisers, grotten, modderbronnen en in een aantal gebieden hebben de warme minerale bronnen fel gekleurde poelen en terrassen gevormd. De bekendste daarvan waren de Witte en Roze Terrassen, die verloren zijn gegaan tijdens een grote uitbarsting van de vulkaan Tarawera op 10 juni 1886. Deze uitbarsting kostte 120 mensen het leven en een heel dorp werd weggevaagd, in het museum Burried Village komen we meer te weten hierover, erg interessant!
We vervolgen onze weg verder naar het noorden en brengen een nachtje door in Tauranga aan de Bay of Plenty. Langzaamaan begint de zon gelukkig weer terrein te winnen...Na een mooie tocht over het schiereiland Coromandel komen we aan in Hahei, hier vlakbij ligt de grootste attractie van deze streek, namelijk Hot Water Beach; op dit strand borrelen warmwaterbronnen in het zand omhoog. Dus met een schepje konden we ons eigen warme privébad graven! Maar waar we meer van gecharmeerd waren was Cathedral Cove, een hele mooie kathedraal-vormige grot met een prachtig uitzicht. We moesten via touwen naar beneden om er te komen, maar het was de moeite waard! Er is hier zelfs een Disney film opgenomen; Prince Caspian.
Via de mooie Harbourbridge van Auckland rijden we verder noordwaards richting het schitterende Bay of Islands. Brengen een paar dagen in het lieve historische stadje Russell door. Ontstaan in 1860
(kun je nagaan hoe jong Nieuw-Zeeland nog is) en van groot historisch belang voor de Maori's; hier werd namelijk op 6 februari 1840 het Verdrag van Waitangi getekend tussen vertegenwoordigers van
het Britse rijk en enkele Maori-stamhoofden. Hier een stukje geschiedenis:
Na het tekenen van dit verdrag werd Nieuw-Zeeland een zelfstandige Britse kolonie en waren er afspraken over de verdeling van het land. De Maori's gaven Koningin Victoria (en dus het Britse rijk)
het recht om land te kopen in ruil voor privileges. De Maori werd een ongestoord bezit van hun land, wouden en wateren gegarandeerd. De Maori dachten dat heel Nieuw-Zeeland aan hen toebehoorden,
maar de Britten bepaalden dat dit alleen gold voor de gebieden die al door de Maori bewerkt of bebouwd werden. Dit misverstand kon ontstaan doordat er twee verschillende versies van het verdrag
bestonden, één in het Engels en één in het Maori. Tot op de dag van vandaag zijn hier nog meningsverschillen over.
We vervolgen onze weg richting het noordelijkste puntje van Nieuw-Zeeland, Cape Reinga. Onderweg komen we langs 90 mile beach (die naam klopt niet helemaal want eigenlijk is het 55 miles) en de hoge zandduinen van Te Paki waar je vanaf kan boarden. Zoals Leon eerder al vertelde overnachten we geregeld op zogenaamde DOC campings. Dit zijn basic campings zonder beheer, keukenfaciliteiten en douches, waar je middels een houten depositbox bij de entree je overnachting betaald, allemaal op goed vertrouwen. Deze DOC's zijn vaak gelegen in schitterende omgevingen, de mooiste vonden we toch wel deze vlakbij Cape Reinga, aan de Toputupotu Bay. Aan het gras met uitzicht over de oceaan onder een mooie sterrenhemel en dat allemaal voor 3 euries pp! De weg hiernaartoe is pas recentelijk verhard gemaakt (2010) dus we boffen! De naam Reinga komt van het Maori, wat onderwereld betekend. Volgens hun geloof is de cape het punt waar de geesten van de doden de onderwereld ingaan.
Vanaf hier gaan we beginnen aan de terugweg en zakken weer af in zuidelijke richting, heen via de oostkust omhoog en nu terug via de westkust. Enkel alleen hier in het noorden zijn er nog wat
Kauri-bossen te vinden, deze bomen kunnen tientallen meters hoog worden en zijn pas na achthonderd jaar volgroeid. Door grootschalige houtkap is het grootste gedeelte van de kauri-bossen
vernietigd. Dus tegenwoordig is de kauri beschermd en we komen ze tegen in het schitterende Waipoua Forest park. De grootste van het land is de Tane Mahuta, ‘de god van het bos', met zijn 51m
hoogte en omvang van 14m!
Heel indrukwekkend, toch ondanks zijn omvang liep Leon er straal voorbij, was grappig moment
In Auckland brengen we onze laatste dagen in Nieuw-Zeeland door, leuke gezellige stad met mooie ligging aan het water en omdringd door vele eilandjes. Van de bijna 4mln inwoners in Nieuw-Zeeland woont 1mln hier in Auckland.
Ondanks dat we in het begin wat moeite hadden en Zuid-Amerika misten, zijn we toch van Nieuw-Zeeland gaan houden. Want wat is het toch een schitterend land, zo groen, afwisselend, mooi en ongerept.
Heel makkelijk bereisbaar waar alles goed aangegeven staat, superveilig, het enorm schoon is (zelfs die DOC's) en gestructureerd, de mensen supervriendelijk en behulpzaam zijn en iedereen
respectvol met deze natuur omgaat evenals met elkaar. Wat ons verder nog opviel:
Men loopt hier geregeld op blote voeten (bv in het winkelcentrum, de Mac), het heeft meer schapen dan inwoners, het is het jongste land ter wereld, alle delen van de Lord of the Rings is hier
opgenomen, de slotjes van de toiletten de andere kant opdraaien, er drie soorten kiwi's zijn: kiwifruit, kiwivogel en kiwimens. De huizen zijn echt geweldig hier! Echt mijn droomhuisjes, van hout
met grote veranda om het huis, luiken aan de ramen en vrijstaand....
Maar toch, ondanks alle schoon-, gastvrij- en veiligheid zouden we hier niet kunnen wonen. Het ligt zó geïsoleerd en je ziet of alleen maar grijze oudjes of stellen met jonge kinderen. Jeugd van de
leeftijd 18-25 zie je hier nagenoeg niet, ze trekken veelal naar Australië of Engeland om daar te studeren. Er is hier ook weinig te beleven voor ze. Verder zijn de meeste plaatsen niet
aantrekkelijk, beetje Amerikaans aandoend met brede wegen,1 grotehoofdweg met winkels, veel fastfoodketens, kortom niet knus en gemoedelijk zoals de straatjes, winkeltjes en cafeetjesbij ons kunnen
zijn! Maar laat je hierdoor niet tegenhouden, het is een geweldig land om in rond te trekken/vakantie te vieren!!
Wij gaan van kiwi naar kangoeroe en koala!!
Nieuw-Zeeland, het Zuidereiland
Nieuw-Zeeland: Het Zuidereiland
Onze vlucht vanuit Santiago de Chili naar Auckland duurde ruim 10 uur, maar we zijn 28 uur later aangekomen door het tijdsverschil van 18 uur, 1 maart 2011 heeft voor ons niet bestaan en hebben we overgeslagen, een raar idee om gewoon een dag niet mee te maken...
Tja, daar staan we dan in Nieuw-Zeeland, verder weg van huis kunnen we niet zijn!
Een keerpunt in onze reis, iedereen om ons heen spreekt ineens Engels ipv het toch lastige Spaans, alhoewel we ons dit toch redelijk eigen hadden gemaakt na 5 maanden Zuid-Amerika.
Eindelijk mag je de WC papier weer door het toilet spoelen en kunnen we naar de supermarkt om de doodgewone dingen van thuis te kopen zoals brood en normale zuivelprodukten. Judith als een kind zo
blij heeft eerst 1,5 uur dus in de supermarkt rondgelopen! Daarnaast is het hier natuurlijk een stuk duurder dan in Zuid-Amerika, de prijzen liggen hier iets onder de prijzen in Nederland.
Nieuw-Zeeland is het land van de Kiwi's en de Maori's. Het grootste gedeelte van de bevolking woont in de grote steden die steeds verder uitdijen waardoor de rest van het land tamelijk 'leeg' is. Nieuw-Zeeland is 8 x zo groot als Nederland en heeft 4 miljoen inwoners. Het land bestaat hoofdzakelijk uit mooie stranden, warmwaterbronnen, fjorden, geisers, vulkanen, bossen en bergen. Het bestaat uit het Noordereiland en Zuidereiland, die je alleen kan bereiken met een bootverbinding van 3,5 uur door de schitterende Cook Straight en de Malborough sounds. Aangezien het op het zuidereiland eind zomer/begin herfst is, besluiten we eerst daar naar toe te gaan om nog wat van het mooie weer mee te kunnen pikken, hoewel dat geen garantie is...
We hebben voor 46 dagen een camper gehuurd om in volledige vrijheid alles te kunnen zien, een eigen 'huisje' te hebben en even weg van de ontelbare hostels waar we de afgelopen 5 maanden geslapen
hebben. Eindelijk kunnen we normaal koken en gaan en staan waar we willen zonder afhankelijk te zijn van openbaar vervoer. Het wordt dus wel links rijden, heel apart in het begin, lijkt net alsof
je permanent links in de berm rijdt, maar dat went snel. Verder zitten de hendels van de ruitenwissers en knipperlichten andersom, waarbij geregeld de ruitenwissers gingen wapperen als we moesten
afslaan of dat we zonder na te denken een ogenblik aan de rechterkant reden als spookrijder, maar al met al ging het naderhand uitstekend! Overigens kan je in deze alinea bij het woordje 'we'
gewoon 'Leon' lezen...
Vanuit Auckland rijden we direct naar Wellington (650 KM) en halen de door onze ouders gestuurde pakketjes op bij Nederlanders die daar al 5 jaar wonen. Sommige zaken zijn in het buitenland niet te
koop en we waren heel blij dat we hun adres mochten gebruiken, waarvoor dank! Terug in onze camper alles lekker uitgepakt en helemaal blij met de spulletjes, drop en lieve kaarten!
Als ervaren kampeerders (NIET) is het toch ook wel even wennen zo op een camping of in de vrije natuur. Soms slapen we op zogenaamde DOC's, die het beste te omschrijven zijn als een basic camping
met vaak alleen een WC en kraantje voor een paar euro per nacht. Dit waren wel vaak de mooiste plekken! Omdat het het einde van de zomer is en we in het naseizoen zitten, is het erg rustig op de
campings en onze buren zijn in bijna alle gevallen mensen van ver boven de middelbare leeftijd.
We moeten welzeggen dat het volk absoluut bijzonder aardig en gastvrij is en soms zonder pardon gewoon aanschuiven bij onze camper voor een leuk (en nieuwsgierig) gesprek. Aangezien wij dus in het
begin zo'n beetje de sukkels in campingland waren, ging er in de eerste week ook wel het een en ander mis; naast het herhaaldelijk stoten van ons hoofd of verhitten van de grill (klepje moest in
dit geval níet dicht), hebben we ook een keer de accu van de camper leeg laten lopen omdat we de lichten aangelaten hadden en in Kaiterteri hadden we het complete geraamte van een tentstel van de
buren onderuit gehaald omdat we vergeten waren de electriciteitskabel eruit te halen....Oeps...maar ach, leren we van en de schade was achteraf zeer beperkt.
Na een 3 uur durende prachtige tocht met de Interislander van het Noordereiland (Wellington naar Picton), 60 km slalommend door de Cook Straight en de fraaie eilanden van de Malbourough Sounds,
zijn we aanbeland op het Zuidereiland, werkelijk een paradijs, zo groen en zoveel ruimte, de wegen zijn soms wel flink bochtig en steil, maar het is heerlijk rustig en in het dorpjes zijn de
straten zo breed, dat je er met 4 auto's naast elkaar kan rijden.
Via een mooie tocht door de Malbourough Sounds in het noorden zijn we naar het Abel Tasman Park gereden om een aantal dagen daar te verblijven. Abel Tasman is de ontdekker van Nieuw-Zeeland (1642)
en het park is adembenemend mooi, waarbij je kan kajakken op het glasherdere water aan de kust langs de parelwitte zandstranden en kan wandelen door het park. Dit is een subtropisch gebied met een
heerlijk klimaat!
Wij zijn onze weg verder gaan vervolgen naar het zuiden langs de westkust, waar we letterlijk langs de kust rijden over de op en neergaande kronkelende wegen waarbij we na elke bocht weer een nieuw stukje paradijs zien! We rijden via de kleine kust stadjes Westport en Greymouth en blijven een paar dagen in Hokitika, een relaxed dorpje waarbij je het aantal mensen die je tegenkomt op straat op 1 hand kan tellen. Verderop langs de kust kan je een uitstapje maken naar de Pancake Rocks, een apart natuurverschijnsel. Deze rotsen in de zee hebben zich door jaren van regen, wind en stuivend water gesleten tot zogenaamde pannenkoeken en blowholes.
Verder zuidelijk sta je weer in een ander landschap en zoeken we de prachtige gletsjers Frans Josef en Fox Glacier op, die binnen een 25km van elkaar af liggen en waar je kan wandelen naar de gletsjer. De helicopters zoeven met grote regelmaat boven je langs, want de gletsjers kan je ook van dichtbij bekijken. Tezamen met het blauwe Lake Matheson en het prachtige uitzicht op de hoogste berg van Nieuw-Zeeland, Mount Cooke is dit een fantastisch omgeving. De westkust is niet alleen maar hosanna, want je wordt hier tot vervelens toe aangevallen door de Drakula van het Zuiden: sandflies! Het is onmogelijk om niet geprikt te worden door deze zandvliegjes, met bulten die dagenlang flink kunnen jeuken en zelfs littekens kunnen veroorzaken.
Via de de Haastpass, de bergpass tussen 2 valleien en de enige verbinding tussen de westkust en het binnenland van Otago zijn we verder gereden en gestopt bij het azuur blauwe water van de Blue
pools, die je kan zien vanaf de hangbruggetjes.
Vervolgens via een schiterrende tocht gereden naar de plaatsen Wanaka, Arrowtown en Queenstown, waar je op grote hoogte langs de adembenemde meren van Lake Wanaka en Lake Hawea rijdt. Dit zijn
toeristische stadjes waar veel attracties (en toeristen) zijn, in Queenstown zijn we me met een kabelbaan omhoog gegaan en heb je een mooi uitzicht over de stad en het Wakatipumeer. Verder staat
Queenstown bekend om de avontuurlijke sporten en het bungee jumpen van de Kawarau bridge.
Vanaf Queenstown zijn we doorgereden naar 1 van de grootste hoogtepunten van het Zuidereiland, Milford Sound. Er is slechts 1 weg (130 km) die naar Milford Sound gaat en dezelfde weg moet je ook weer helemaal terugrijden, onderweg kijk je je ogen uit naar de besneeuwde hoge bergen, de open vlaktes, spiegelmeren en de haarspeldbochten. Milford Sound ligt in Fjordland National Park en is de bekendste Fjord, hij is 16 km lang en gemiddeld 200 meter breed en heeft een magische uitzicht. In deze natste plek van Nieuw-Zeeland hebben we met de boot een cruise genomen eindigend in de open zee, de foto's spreken voor zich.....
Na dit mooie hoogtepunt zijn we tot het uiterste zuiden gereden en na een aantal dagen in Invercargill via de Caitlinsnaar de oostkust gereden. Vlakbij het zuidelijkste puntje (18.500 km van huis) van Nieuw-Zeeland hebben we de zelzame Yellow-Eyed pinguin gespot langs de ruwe kliffen.
We zijn via korte stop in Dunedin doorgereden naar Christchurch. Op het moment dat we daar waren, was het 3 weken na de vreselijke aardbeving die deze stad en de omgeving zwaar heeft getroffen. Op het hele zuidereiland is het ook te merken, overal in het land zijn er inzamelingsacties, staan er collectbussen in de supermarkt en kun je oude spullen inleveren. Dan merk je wel hoe hecht de gemeenschap van Nieuw-Zeeland is. Alle wegen naar de binnenstad van Christchurch zijn afgesloten en we hebben onze camper zo dicht mogelijk geparkeerd om toch te zien wat de aardbeving allemaal teweeg heeft gebracht. Lopend zijn we naar de binnenstad gegaan en daar werd de schade al snel duidelijk. Veel huizen waren ingestort en daken afgebroken van de prachtige historische gebouwen. Verder konden we van een afstand een glimp van de binnenstad zien, het voelde luguber en deprimerend de aanblik van diverse kroegen waar de tijd om 1 uur die dag is stil blijven staan met de glazen en kopjes nog als stille getuigen op de tafel. 181 mensen zijn omgekomen door de aardbeving en er zijn nog tientallen vermisten, die waarschijnlijk nooit meer gevonden zullen worden onder al het puin. Sinds de aardbeving op 22 februari zijn nadien nog duizenden naschokken geregistreerd en omdat we ons een beetje als ramptoeristen voelden, zijn we snel weggegaan. Het zal nog jaren duren om deze stad weer op te bouwen, mocht dit überhaupt nog lukken....
Via een mooie route door het binnenland zijn via de Arthur's Pass naar de Nieuw-Zeelandse alpen gereden, waar over het algemeen veel regen valt en dat hebben we ook geweten. We hebben overigens totaal geen klagen gehad, want bijna onze gehele reis op het zuidereiland hebben we zon gehad, waarmee we echt geluk hebben gehad. Vervolgens doorgereden via de Lewis Pass naar Hanmer Springs en daar een paar dagen doorgebracht, een populair skioord dat ook bekend staat vanwege de warmwaterbronnen, waar we dankbaar gebruik van hebben gemaakt.
Na een korte rit in Kaikoura aangekomen (aan de oostkust) en daar wilde Judith toch nog één keertje walvissen zien, dus nog een tour naar de sperm wales gemaakt en grote aantallen dusky dolphins gespot om de boot! We vervolgen onze weg verder naar boven om in Picton weer de boot te nemen naar het Noordereiland.
Het zuidereiland heeft werkelijk een overgetelijke indruk achter gelaten, wellicht voor ons het mooiste stukje natuur wat we ooit hebben gezien en zeker de afstand waard om te bezoeken!!
Ciao van ons.
Chili part II
Paaseiland
Na Ecuador keren we weer terug in Chili voor onze laatste weekjes in Zuid-Amerika! Vanaf Santiago vliegen we direct door naar het meest geïsoleerde eiland ter wereld: Rapa Nui, oftewel Paaseiland. Deze naam werd gegeven door de Nederlander Jacob Roggeveen die op paaszondag in 1722 dit eiland, evengroot als Texel, met 3 schepen aandeed. Rapa Nui betekent letterlijk Grote Rots en zo worden het eiland en de bevolking zelf nog steeds door de bewoners genoemd.
We worden op het vliegveld van de hoofstad Hanga Roa warm onthaald met bloemenkransen (lijkt Hawaï wel) en na een kort ritje achterin de pick-up arriveren we op ons logeeradres camping Mihinoa,
jaja na maanden van hostels gaan we deze dagen in een ieniemini tentje pitten!
Het weer is hier schitterend, de geschiedenis mysterieus en het leven best prijzig. Je kan merken dat het vrij geïsoleerd ligt, de schappen in de supermarkten zijn aardig leeg en de keuze is
beperkt. En dat wat er ligt is bijna 3x zo duur dan op het vasteland. Gelukkig waren we hier door travelvrienden al voor gewaarschuwd en hadden we op het vaste land al wat ingeslagen. Zo ook onze
medepassagiers, gezien de enorme coolboxen die op de loopband voorbij kwamen...
Onze verwachting van Paaseiland was een grijs, nevelachtig eiland met natuur a la Ierland, maar het tegendeel is waar, het is zonnig, wel groen maar weinig bomen (deze schijnen in het verleden gekapt te zijn voor het plaatsen van de Moai), het water is kristalhelder en de golven huge, dus een waar paradijs voor skubadiving and surfing! Daarbij zijn de zonsondergangen hier ook heel erg mooi, vooral vanaf onze campingspot!
De eerste 2 dagen hebben we veel gelopen in de omgeving, gezwommen, liggen bakken in de zon en kennisgemaakt met de eerste mooie, mysterieuze Moai beelden. De Moai (gemaakt van tufsteen en tot wel 9m hoog) staan verspreid over het hele eiland en zijn voorstellingen van voorouders die om vruchtbaardheid smeken, voortplanting was op zo'n geïsoleerd eiland als dit van cruciaal belang om te kunnen overleven. De meeste van deze Moai staan opgesteld op een platform (ahu) en kijken het binnenland in. De laatste 2 dagen verkennen we de rest van het eiland met zijn mooie plekjes op een scootertje. Niet altijd zonder 'gevaar', want waar ze van te voren niets van verteld hebben is over de wilde paarden hier! Sorry voor de paardenliefhebbers onder jullie, maar wat een enge beesten! (ja pap, écht wel)
Anekdote: in het dorp zagen we een paard wild in een soort van wei rennen, maar ja stond een hek omheen dus no worries, lekker een ijsje gehaald en relaxed verder gelopen naar het verhuurbedrijf voor ons scootertje...totdat we ineens een luid gesnuif achter ons horen! Het enge beest was de straat op gerend en gallopeerde daar als een dolle heen en weer slik, slik...een vrouw zagen we zelfs gehaast in een boom springen! Eerst moesten we daar nog verbaasd over lachen maar toen kwam dat beest onze kant op sprinten aaahhh, Leon begon te rennen en ik dacht een tuin te kunnen inspringen maar achter de struiken stond een muur dus dat ging hem niet worden...eerst rende die een zijstraat in dus dacht ik opgelucht adem te kunnen halen maar toen kwam die letterlijk op me afgestormd, op hoop van zegen met mijn ijsje nog in de hand zo veel mogelijk platgedrukt in de struiken, hij kwam bij mij tot stilstand, keek hem recht in de ogen en hield mijn adem in en dacht nu krijg ik een bok...weg was die...Leon begon mij te roepen maar ik durfde er niet meer uit, eerlijk gezegd stond het huilen me nader dan het lachen...bij Leon niet, die lag in een deuk! Met nog wat na trillende benen van de schrik de scooter op en op weg. Overal langs de weg zie je de beelden staan, of liggen, echt heel apart en mooi.
We stoppen bij een ahu met 3 beelden en gaan een kijkje dichterbij nemen, ik blijf op gepaste afstand want ook hier lopen aardig wat wilde paarden rond...Ik zie Leon gevolgd worden door 3 paarden en opeens komen er een paar achter hem aangerend en zie ik hem wegsprinten (wist niet dat ie zo hard kon rennen) hahaha, nu was het voor mij tijd om in een deuk te liggen, was een mooi gezicht, balen dat ik het niet opgenomen heb op de camera Daarna zijn we er maar steeds met een grote boog omheen gereden! Al met al een schitterend eiland en een aanrader om naar toe te gaan en niet alleen voor de Moai beelden!
Valparaiso
Terug in Santiago stappen we op de bus voor een 2 uur durende rit naar het kustplaatsje Valparaiso. Erg populair bij de Chilenen met zijn kleurrijke herenhuizen en
wijken met smalle straatjes tegen de bergtoppen aan, uitkijkend op de zee. Bussen rijden er niet in de hooggelegen wijken, wel kun je met trammetjes voor een paar peso omhoog en genieten van het
mooie uitzicht. Leuk voor een paar dagen maar wij vinden het wel een beetje vergane glorie...Met de metro gaan we nog een dagje naar het naastgelegen Vina del Mar, het Cannes van de Chileense kust,
en genieten van een dagje strand, maar vindt je onze stranden al druk, hier liggen ze helemaal hutje mutje!
Santiago
Onze laatste dagen in Chili brengen we door in de hoofdstad Santiago en Van alle hoofdsteden in Zuid-Amerika vinden we dit toch wel de meest relaxte stad. Het ligt
mooi tussen de kustgebergte en de Andes in, heeft een heerlijk klimaat, is niet al te groot en dus overzichtelijk en we voelen er ons erg veilig. Net als alle steden in zuid-amerika heb je ook hier
een Plaza de Armas waar veel mensen samenkomen voor vermaak ofwel door een straatartiest of doormiddel van een potje schaak. We lopen alle highlights af en genieten nog even van de lange zwoele
nachten. Deze zullen we in Nieuw-Zeeland nog gaan missen!
Na 5 maanden in het ongelofelijk mooie Zuid-Amerika vertoefd te hebben met al zijn geweldige highlights, natuur en mensen wacht ons een nieuw avontuur in het 'westerse' Nieuw-Zeeland.
We nemen veel mooie herinneringen met ons mee, want Wat hebben we genoten hier!
Hasta la vista amigos!
Galapagos
Vanuit Mancora (Peru) nemen we de nachtbus naar Guayaquil in Ecuador. Ook bij deze grensovergang is het weer lang wachten voor de douane en worden we 2x gestoord door politiecontrole in de bus, waarbij ze alleen de locals moeten hebben. Na een nacht van weinig slaap komen we tegen half 6 in de ochtend op het busstation van Guayaqui aan. Met de taxi laten we ons afzetten op het vliegveld waar we proberen een vlucht te krijgen voor diezelfde ochtend. In Mancora hadden we de tip gekregen dat we niet vooraf een vlucht moesten boeken (te duur) maar lastminute op het vliegveld...Nou dat viel een beetje tegen! Na bij 3 maatschappijen standby te hebben gestaan, bij een hadden we zelfs al betaald voor de tickets maar die moesten we daarna weer cancellen omdat de gate closed was (??), kunnen we tegen 11 uur dan eindelijk tegen het gewone tarief vertrekken naar onze bestemming: Galapagos! Gelegen op ongeveer 1000km van de westkust van Ecuador af en bestaat uit 13 grote eilanden en ongeveer 40 kleine eilanden. Bekend om de evolutietheorie van Darwin.
Bij binnenkomst bleek dat we 100 dollar fee moesten betalen om het eiland op te kunnen (Galapagos is in zijn geheel een nationaal park), dat wisten we al wel maar niet dat dit alleen met cash betaald kon worden ggrrrr...Uiteraard geen pin in de buurt dus een van onze paspoorten werd in beslag genomen en bij het arriveren in Puerto Ayora konden we deze weer ophalen nadat we uiteraard de fee betaald hadden. Tja dat krijg je als je alles zelf wilt doen en niet boekt via een agency, dan vertellen ze je dit er natuurlijk allemaal bij... Van onze reisvrienden hadden we nl de tip gekregen om de tours hier pas te boeken en niet vooraf! Eigenlijk hetzelfde principe als voor Antartica, ter plekke boeken scheelt honderden dollars...Dezelfde middag gaan we meteen maar op zoek naar een goed kantoortje met de juiste deal. Vooraf al wel wat research gedaan over wat we willen dus dat maakt het zoeken iets concreter en dus makkelijker. Op straat werden we aangesproken door een vrouwtje mbt een redelijk goedkope accomodatie (alles is hier aardig aan de prijs nl) en bij haar boeken we uiteindelijk ook onze Galapagos tour, 8 dagen cruisen op 'Eden'. De volgende dag brengen we nog een relaxed dagje door in Puerto Ayora, je merkt hier al meteen dat je op de Galapagos bent,iguanen op straat, zeehonden in het water, mooie grote krabben aan de waterkant en vele pelikanen schooiend bij de vishandelaren op de kade. En dat allemaal onder een strakblauwe hemel met 26 graden, het leven is zo slecht nog niet
.De volgende ochtend gaan we met de bus weer terug richting het vliegveld waar we in de buurt aan boord gaan van ons verblijf de komende dagen, cruiseschip Eden. We nemen de intrek in onze cabin (niet groot maar nette cabine met stapelbed en eigen douche en toilet) en wachten op de rest van onze medepassagiers. Tegen de tijd dat die arriveren worden we getrakteerd op een stevige tropische bui en wanneer we ff naar onze cabin gaan komen we voor een 'leuke' verassing te staan: onze hele cabin staat blank!! Blijkbaar zit er in het plafond een lekkage wat bij droog weer geen probleem is, maar na zo'n bui...tja wat nu...om lang verhaal kort te maken, na verschillende opties besproken te hebben en wat onderhandelingen met kapitein en de eigenaar van het schip, weten we een leuke deal eruit te slepen, Leon offert zich op om in de cabine te blijven (1 bed bleef namelijk nagenoeg droog) en ik ga op het benedendek op een 1 persoons kamer slapen. Niet heel gezellig maar ach....we besparen ons behoorlijk aantal dollars uit (650!!) en na 4 dagen wordt er weer gewisseld in de passagiers (sommige hebben maar 4 of 5 dagen geboekt) en dan kunnen we samen een andere cabin betrekken.
Onze dagschema is eigenlijk iedere dag standaard hetzelfde:
- ontbijt rond half 8 (geen uitslapen deze dagen!)
- trek over eiland
- lunch rond 12 uur aan boord
- relaxen
- rond 2 uur middagprogramma, snorkelen of eiland op
- relaxen
- rond 7 uur diner aan boord
Koffie/thee/water kan men tussendoor pakken, er staan heerlijke ligbedden op de deks, regelmatig lekkere snackjes klaar bij terugkomst van een trip, je kan een dvd kijken of een van de vele boeken
over Galapagos lezen op de grote bank in de kajuit en de kok maakt echt fantastisch eten dus voor ons een en al luxe deze dagen!! Eigenlijk maar 1 ding te beklagen en dat is de gids Jorge. Vanaf
dag 1 ergeren we ons al kapot aan zijn eindeloze verhalen, schoolmeesterachtige gedrag, zijn gebrek aan humor en het overdreven aardig zijn tegen de (in zijn ogen) interessante mensen (lees: met
geld). Het gevoel is ook wederzijds of doordat we onze irritatie niet echt verborgen kunnen houden of door zijn mislukte huwelijk met een nederlandse waardoor die zijn kind al tig jaar niet heeft
gezien....... Anyway, beetje jammer en kleine smet op de reis is het wel
Tijdens onze cruise doen we 8 eilanden aan welke totaal verschillend van elkaar zijn, in natuur maar ook de dieren die er leven. Het eiland Espanola doet bv tropisch aan en Santiago weer meer rots/vulkaanachtig, op North Seymour zie je veel land iguana's en op Espanola zie je voornamelijk marine iguana's, op Santa Fe leeft de blue footed booby en op Genovesa de red footed booby. Wat is het geweldig om zo dicht bij ze te komen, ze kennen totaal geen gevaar, maar we houden toch afstand en respecteren hun leefgebied, het zou zo zonde zijn als hier verandering in zou komen...Niet alleen op het land zien we schitterende beesten, ook in het water worden we getrakteerd op geweldig marinelife! Zoals pilotwhales, seaturtles, mooie kleurrijke visjes, zeeleeuwen, zeehonden en dolfijnen! Zooo gaaf, de kapitein stopte de boot, hup onze snorkelspullen aan en de zee in, snorkelen tussen de dolfijnen, machtig mooi! Dat was echt een super ervaring! We hebben ontzettend veel gesnorkeld en mantra's gezien (soms van wel 2 meter breed!), black tipped sharks, stingrays, maar ook hammerhead sharks! Dit alles samen maakte deze trip toch echt wel een van onze hoogtepunten in Zuid-Amerika!!
Na 8 geweldig mooie dagen vliegen we terug naar het vasteland van Ecuador en brengen nog een paar dagen in de hoofdstad Quito door. Mistig, soms regen en weer de altitude, het maakte op ons niet zoveel indruk en deed ons terugverlangen naar Galapagos....We brachten onze tijd voornamelijk door in de Irish pub met een paar championsleague wedstrijden
!Hasta la vista!
Peru, het land van de Inca's
Peru, het land van de inca's.
Hierbij ons reisverslag van Peru, een heel bijzonder land met fabelachtige Inca-ruïnes, spectaculaire berglandschappen zoals de Colca Canyon, de lama's, mysterieuze woestijntekeningen, de legendarische Nazca lijnen, de gigantische kustlijnen met prachtige stranden, de amazone in het noorden bij Iquitos, de wereldstad Lima en niet te vergeten het wereldwonder van Machu Picchu in Cusco. Peru is een land met eigenlijk teveel attracties om allemaal in een paar weken te zien. Tijdens onze reis in Peru hebben we een aantal van deze highlights mogen meemaken en de cultuur kunnen proeven. Wij zijn achtereenvolgens gereisd van Cusco naar Arequipa, Nazca, Ica en Huacachina (heeft niets met China te maken) en vervolgens via Lima door gevlogen naar de stranden van Punta Sal en het surfgebied Mancora in het noorden bij de grens met Ecuador.
Cusco
Vanuit het prachtige Bolivia zijn we na een flinke busreis beland in de mysterieuze stad Cusco, een hele aparte stad en niet alleen om Macchu Picchu, de verborgen inca ruïnes in het hooggebergte. Deze toeristische stad heeft gigantisch veel te bieden, de kleine sfeervolle steegjes met de heerlijke restaurantjes en het grote plein, Plaza de Armes midden in het altijd levendige centrum, vlakbij ligt secret valley, de heilige vallei met de talloze inca ruines. Cusco was voor ons bijkomen van de ervaringen en indrukken van de afgelopen maanden en onze wonden likken, want door diverse lichamelijke ongemakken hebben we weloverwogen besloten niet naar Machu Picchu te gaan. Het is ontzettend toeristisch, duur en kost veel tijd om er te komen. Maar de 5 weken op een hoogte tussen de 3000 en 5000 meter is ons niet in de koude kleren gaan zitten, Wellicht dat we hier ooit heel veel spijt van gaan krijgen, maar op dat moment een goede beslissing (lees: reismoe). Cusco ligt in een dal en hult zich in een bijna constante lage sluierbewolking, waardoor de stad erg mysterieus oogt. Het klimaat in Cusco is erg gevarieerd, zon wisselt zich heel snel af met bewolking en motregen. Tijdens ons verblijf hebben we heel wat neerslag gehad, we waren hier tenslotte ook in het regenseizoen en dat hebben we ook in onze vervolgreis in Peru geweten.
Arequipa en Colca Canyon
Arequipa
Na een nachtbus van 10 uur zijn we beland in Arequipa, dit is met zijn 1 miljoen inwoners de tweede stad in Peru (na Lima) in het zuiden van het land, op een hoogte van 2325 meter boven zeeniveau. De Plaza de Armas (ja, alle pleinen in Peru heten Plaza de Armes) wordt als één van de mooiste van Peru bevonden. Deze prachtige stad is vrijwel volledig gebouwd uit witte gebouwen en heeft daarom ook de bijnaam de 'witte stad'. Je vindt er de prachtige Catedrál en winkelgalerijen in koloniale stijl. Ze noemen Arequipa de stad waar het altijd lente is, maar daar hebben wij weinig van gemerkt. Iedere ochtend werden we wakker met een strak blauwe lucht en een zonnetje die steevast 's middags plaats maakte voor flinke regenbuien. Arequipa stond voor ons in het teken van de Colca Canyon en daarvoor is het de ideale toegangspoort.
Colca Canyon
Colca Canyon is de kloof van de Colca in het zuiden van Peru. Hij ligt ongeveer 160 kilometer van Arequipa vandaan. Hij is meer dan twee keer zo diep als de Grand Canyon in Amerika. Alleen zijn de muren niet zo recht als bij de Grand Canyon. Door de rare vormen van het landschap (terrassen) en de twee grote kloven is deze plek gemakkelijk te vinden op satellietfoto's. De Colcavallei is een kleurrijk gebied met dorpjes die door de Spanjaarden ontdekt zijn. De lokale bevolking houdt zich echter nog altijd aan de oude tradities en leefwijze en maken dus nog altijd gebruik van de landbouwterrassen.Cruz del Condor is een toeristische plek. De kloof is het woongebied van de Andescondor, een dierensoort die overal ter wereld wordt beschermd. Ze vliegen door de kloof, meestal 's ochtends en 's avonds. De condors worden al jaren bekeken door toeristen, die erg dichtbij de condors kunnen komen. Soms vliegen ze zo'n 5 meter van je vandaan over je heen. Vanaf dit punt is de kloof 1200 meter diep. Door het regenseizoen hebben we helaas geen condors kunnen spotten, ze blijven dan onder de rotsen zitten en ze bleken al weken niet meer gezien te zijn, jammer.
We hebben een 2-daagse trekking door de Colca Canyon gemaakt wat erg intensief was, de uitzichten waren schitterend, maar het traject was (vooral de 2e dag) loodzwaar. We werden om half 4 's nachts opgehaald bij ons hostel om eerst 160 km in de bus door de bergen heen te rijden, op sommige stukken zag je helemaal niks meer, zo mistig was het daar. Vervolgens hebben we een afdaling gemaakt van 6 uur naar de rivier die in de kloof ligt met als doel om uit te komen bij onze overnachtingsplek 'paradise' genoemd. Tot aan het middaguur was het heerlijk weer en we liepen met een groep van ca 8 man. Na de lunch begon het al te betrekken en moesten toen nog 3 uur lopen naar onze paradijs, dus poncho's aan en hiken maar. Uiteindelijk aan het einde van middag beland in 'paradise', volledig doorweekt, koud en bekaf. Ik zal kort uitleggen hoe onze accomodatie 'paradise' er precies uitzag. Ik kan dit het beste omschrijven als een bungalowpark met een tiental bamboe hutjes, zonder verwarming, elektriciteit, zand als ondergrond en 2 bedden, dus echt Paradise. Na aankomst werd het binnen het uur al donker en we hadden nauwelijks warme kleren bij ons en we konden ook niks drogen, dus meteen het bed in, want je zag toch niets en de enige manier om warm te worden. Om 5 uur 's ochtends werden we gewekt door onze gids voor de terugtocht. Met onze nog half natte kleren 3,5 uur steil omhoog klimmen. Dit is absoluut met stip onze zwaarste onderneming ooit en ik (Leon) ben heel wat gewend. In praktijk zo'n 20 passen lopen en 1 minuut uitpuffen om dit nog 3,5 uur te herhalen. We konden ook met muilezels omhoog, maar daar waren we te eigenwijs voor. We hebben ons het snot voor de ogen gelopen en waar wij de vorige dag bij de afdaling een kwartier voor liepen op de rest, liepen we nu een kwartier achter op onze groep. Uiteindelijk de top bereikt en dat was een behoorlijke overwinning. Achteraf was het een geweldige track, zeer basic, maar de omgeving en uitzicht waren fantastisch.
Nazca
De stad Nazca staat bekend om de Nazcalijnen: de vele dierfiguren, geometrische figuren en rechte lijnen die ontdekt zijn op de zogenaamde Nasca-pampa. Deze figuren zijn het beste vanuit de lucht te observeren omdat de figuren soms tientallen meters lang zijn. In het recente verleden hebben veel onderzoekers een verklaring trachten te vinden voor de aanwezigheid van deze zogenaamde maar een duidelijke redenering is nooit naar voren gekomen, het blijft legendarisch.
Huacachina
Huacachina is gebouwd bij een oase. Het dorp is erg gericht op toerisme, voornamelijk door de faciliteit sandboarden. Er is de mogelijkheid om de geheel omringde zandduinen te beklimmen, door
middel van een buggy of te voet, en naar beneden te surfen door middel van je snowboard. Deze bergen zijn honderden meters hoog. Omringd zijn allerlei winkels en restaurantjes, gericht op toerisme.
Het lijkt erop dat Huacachina zijn beste tijd heeft gehad, redelijk vervallen, maar de locatie blijft heel apart, vele lokale peruanen gaan hier tijdens de vakanties naartoe om heerlijk tot rust te
komen. Op het moment dat wij er waren, was het erg rustig en hebben daar heerlijk kunnen relaxen.
Lima
Lima is de hoofdstad van Peru en met meer dan vier miljoen inwoners ook de grootste stad van het land. Lima ligt in het dal van de rivier de Rimac, aan de kust van de Grote Oceaan. Lima's klimaat is vochtig maar subtropisch mild, zonder extreme hitte of kou. Wij zaten in de gezellige wijk Miraflores, waar de meeste toeristen zich herbergen, veel accomodaties en veilige buurt. Je kan er heerlijk relaxen, wandelen aan de grote oceaan en lekker eten en drinken. Via vrienden zijn we in contact gekomen met 3 limanezen, die ons de stad hebben laten zien en zijn we het centrum in gegaan waar je weinig toeristen ziet en het goed toeven is op het Plaza de Armas, waar ook het presidentieel paleis is gevestigd, dit was erg leuk! Lima ligt aan de Grote Oceaan en heeft daarom vele stranden. Helaas zijn er nog een aantal plekken in Lima die hun afval in de Grote Oceaan storten. Daarom wordt het afgeraden om gebruik te maken van de stranden. Ondanks dat we niet zo'n trek hadden in weer een grote stad in Zuid-Amerika hebben we het goed naar onze zin gehad.
De stranden van Punta Sal en Mancora
Vanuit lima zijn we naar het noordelijkste topje van Peru gevlogen, Tumbes en vanuit daar naar Punta Sal gereden. Dit kleine plaatsje is het paradijs aan het de oceaan en hier hebben we 3 nachten
heerlijk aan het strand gelegen op een super resort. De laatste maanden hebben we heel basic gereisd, dus nu was het tijd om ons iets meer luxe te permitteren.
20 minuten verderop ligt het toeristische surfgebied Mancora waar we in een hutje aan het strand hebben gezeten en ik mijn 1e surflessen heb gehad, grote golven en veel backpackers, maar ook de
vele peruanen die in januari en februari hier hun vakantie doorbrengen. Het klimaat is hier het hele jaar subtropisch en de zon schijnt hier ook altijd.
Fijne groeten van ons !